Zacht
suddert nog de zomer na
twijfelend
of zij herfst zal heten
maar
in haar tweestrijd zal zij
van
de naderende winter weten
Stil
fladdert dan haar dorre blad
als
lappendeken op de aarde
waarin
zij altijd diep het zaad
van
nieuwe lentebloei bewaarde
Weemoedig
druppelt langzaamaan
de
stemming naar het grijs
dan
zingt het ingetreden najaar
zijn
eigen onnavolgbaar mooie wijs
Geen opmerkingen:
Een reactie posten